Westfriese ketelkost

Ingrediënten

  • 125 g gort 
  • 225 g gedroogde groene erwten  
  • 8 st stoofperen 
  • 4 plakken pekelvlees (125 gram/plak) 
  • 8 st zoete appeltjes 
  • 2 st kleine groene kooltjes 
  • 100 g roomboter
  • 125 g gort ,
  • 225 g gedroogde groene erwten  ,
  • 8 st stoofperen ,
  • 4 plakken pekelvlees (125 gram/plak) ,
  • 8 st zoete appeltjes ,
  • 2 st kleine groene kooltjes ,
  • 100 g roomboter

Bereiding

  • Was gort en groene erwten en laat ze apart een nacht in water weken Was de volgende dag de stoofperen en boor het klokhuis eruit. Zet de peren in een pan met zoveel water, dat de peren onderstaan. Breng ze aan de kook en laat de peren ca 1,5 uur op een laag pitje pruttelen. Vul een linnen zakje tot de helft met geweekte gort en een ander zakje met de erwten. Doe deze zakjes met het pekelvlees bij de peren. Laat alles dan nog een uurtje zacht doorkoken. Schil de appeltjes, snij ze in vieren en verwijder de klokhuizen. Was de kooltjes en wind er een touwtje om. Doe alles in de grote pan met de overige ingrediënten en laat nog een 30 minuten op een laag pitje doorkoken 

  • In plaats van pekelvlees kun je ook runderklapstuk gebruiken dat je inwrijft met zout en een nacht laat staan. 

  • De uit West-Friesland afkomstige ketelkost werd vroeger klaargemaakt in een grote ketel, vandaar de naam,  en was bedoeld als stevige winterkost, gemaakt met een rijke keuze aan ingrediënten. Zoals appels, peren, kool en pekelvlees.

Terug naar boven