Vlees zorgvuldig voorbewerken. Pezen, zenen, stempels, kraakbeen en bloederige vleesdelen verwijderen. Bij kinnebak eerst zwoerd en klieren wegnemen. Koelen: de gesorteerde verse grondstoffen in eigrote stukken snijden, in platte bakken in de koelcel bij 1˚C plaatsen of licht aanvriezen. Voor de hygiëne afdekken met plastic folie. Afwegen: kruiden, hulpstoffen en rijst afwegen en in gesloten verpakking gereed zetten. Zout apart houden om ongewenste omzetting te voorkomen. Zet water met ijsblokjes in de koelcel, voor het benodigde ijswater. De rijst koken volgens de aanwijzing op de verpakking. Dan goed doorkoelen, maar niet afspoelen. Bij voorkeur de rijst daags tevoren koken en koud verwerken.
Wolven: het magere rund – en varkensvlees en kinnebak eerst voormalen door de 10 mm plaat. Het gemalen vlees, het zout, de kruiden en hulpstoffen, ijswater (of bouillon) goed, maar niet te lang, vermengen (kan ook met een mengmachine). Daarna deze massa door de 3mm plaat draaien. Daarna het de gekoelde gekookte rijst, pindakaas, kappertjes vermengen (let op dat het deeg en de ingrediënten dezelfde temperatuur hebben). Mengen: mengen tot er een goede verdeling en binding is verkregen. De eindtemperatuur van het deeg is bij voorkeur (maximaal) ca. 14˚C. Vacuümmengen voorkomt luchtgaatjes en is positief voor de inwendige kleur van het deeg. Stoppen: het deeg in de stopmachine brengen en zonder luchtinsluiting in de goed uitgestreken darmen stoppen. Vervolgens het vulgewicht (ca. 100 à 150 gram per stuk voor de normale worstjes en 20 à 30 gram per stuk bij de schapensnaren). In kettingworstjes afdraaien.
Verhitten: direct na het roken worden de worstjes verhit in combikast, kamer, kookketel of combisteamer altijd met een zo hoog mogelijke relatieve vochtigheid en de hoogst mogelijke luchtsnelheid. Dit komt een snelle indringing van de gewenste warmte te goede. Zorg altijd voor voldoende ruimte tussen de worstjes onderling. Begin met een omgevingstemperatuur van 50˚C en voer deze temperatuur langzaam op tot 80˚C. Wanneer de temperatuur niet langzaam opgevoerd kan worden, een uur op 50˚C laten staan en dan de temperatuur op 80˚C afstellen, tot een kerntemperatuur van 70˚C bereikt is. Houd deze 5 tot 10 minuten op 70˚C. Deze manier van verhitten geeft een betere doorkleuring, houdbaarheid en smaak. Koelen: de worstjes in natuurdarmen eerst 15 minuten in koud stromend water koelen en daarna in de koelcel bij ca. 1˚C geheel doorkoelen. De worstjes in kunstdarmen koelen en pellen volgens de gebruiksaanwijzing die op de verpakking staat aangegeven en in de koelcel bij 1˚C doorkoelen.
Om uitdrogen en verkleuring te voorkomen is vacuümverpakken aan te bevelen. De gevacuümeerde vlees-rijstworstjes worden, om mogelijke nabesmeting te elimineren, gedurende 1 minuut in water van 90˚C nagepasteuriseerd.Tip: in een krimpzak hebben de vlees-rijstworstjes een nog mooier aanzien.
De Peanuts vlees-rijst-barbecue worstjes zijn geschikt voor bereiding in oven, braadpan, grill, frituurpan en uiteraard op de barbecue.Oven:175˚C.; 20 minuten. Braadpan; 12 minuten. Grill:125˚C,15 minuten. Frituurpan:180˚C 5 à 6 minuten. Barbecue: rondom licht bruin grillen: tijdsduur en temperatuur tijdens het verhitten zijn strek afhankelijk van de afstand tussen worstjes en vuur. Als deze afstand niet te klein is,is ca 10 minuten verhitten voldoende. Wel moet het product regelmatig gekeerd worden, omdat vlees-rijstworstjes reeds zijn voorverhit, is het niet nodig de vlees-rijstworstjes voor consumptie weer door en door te verhitten. Bij de productie in de slagerij is een goede verhitting echter wel een essentieel onderdeel van het productieproces. Afgestopt in schapensnaren hebben we ook vlees-rijstworstjes voor het ontbijt, of als worstje bij de borrel, als tussendoortje of warm tussen een broodje.