Zet de pruimen een avond van te voren in de week 200 ml rode wijn, 30 ml kruidenazijn en zoveel water dat de pruimen net onder water staan. Kook de pruimen de volgende dag in het weekvocht gaar en doe de bruine suiker erbij. Eventueel iets binden als dat nodig is. Af laten koelen en in de koelcel geheel laten doorkoelen.
Breng de rode wijn, de azijn en de kruiden aan de kook. Wrijf het vlees in met de peper en het zout en leg het in de pan met kruiden, laat het dan gedurende 3 uur zachtjes koken. Fruit de uienringen die bestoven zijn met de bloem in een koekenpan in de boter lichtbruin. Doe dan de uien bij het vlees en laat alles nog een half uurtje doorsudderen tot het vlees gaar is. Het vlees in het kookvocht af laten koelen en in de koelcel geheel laten doorkoelen.
Neem het klapstuk uit het kookvocht, maak het droog en snijd het in dikke plakken van ca. 1 ½ cm dik. Presenteer het apart in een mooie schaal, zet er naast de schaal met de pruimen. Presenteer dit gerecht in oven of magnetron bakjes met twee vakjes in een vakje 1 of 2 plakjes klapstuk, in het andere vakjes 100 á 150 gram pruimen.