Valkuilen bij overstap naar veganistisch dieet
Bij de productie van vleesvervangers ligt bij producenten de nadruk vooral op het vervangen van dierlijke eiwitten door plantaardige eiwitten en minder op een gezonde samenstelling van het product, ontdekte Ciaran Forde, hoogleraar bij Wageningen University.
Forde en zijn collega Rachel Tso vergeleken de voedingswaarde van traditionele en nieuwe plantaardige diëten met een traditioneel dierlijk dieet. Hun conclusie is dat diëten die veel nieuwe plantaardige vlees- en zuivelalternatieven bevatten, vaak hogere niveaus van suiker, vet en zout en lagere niveaus van vezels, mineralen en vitamines bevatten dan in de andere diëten.
Nutriënten
Tso en Forde vergeleken een traditioneel dierlijk dieet met een flexitarisch, vegetarisch en veganistisch dieet, alle drie met gezonde en ongezonde varianten. Alle diëten werden beoordeeld op eiwit- en energiegehalte en de dagelijkse inname van belangrijke macro- en micronutriënten. Terwijl traditionele flexitarische, vegetarische en veganistische diëten voldeden aan de vereisten voor micronutriënten en eiwitten, hadden de diëten die gedomineerd werden door nieuwe plantaardige vlees- en zuivelalternatieven een hogere inname van zout, suiker, vet en koolhydraten en een tekort aan belangrijke voedingsstoffen en vitamines.
Valkuilen
Volgens Forde kunnen vegetarische diëten zowel gezonder als beter voor het milieu zijn dan diëten met veel rood vlees. Maar, waarschuwt hij, de overstap naar een vegetarisch of veganistisch dieet kent wel valkuilen en het is goed als consumenten zich daarvan bewust zijn. Het weglaten of juist toevoegen van voedingsmiddelen kan namelijk leiden tot gezondheidsproblemen. “Bij het overstappen naar andere eetgewoonten moet de consument erop letten dat het nieuwe dieet goed uitgebalanceerd is en voldoende eiwitten, mineralen en vitamines levert.”
