Handige pleister
Slagers hadden in het midden van de vorige eeuw nog niet de beschikking over pleisters en rolletjes verband. Die waren er pas sinds 1920 en nog geen gemeengoed. En als ze al verkrijgbaar waren dan waren ze in ieder geval veel te duur. De slager, die zich dus in zijn vinger had gesneden, deed daar niet zo moeilijk over.
Hij nam een reep perkamentpapier waarin normaal gesproken het vlees werd verpakt en draaide dat om zijn vinger. Het papier werd vastgezet met worsttouw, Dat is touw waarmee de darmen van worsten worden dichtgeknoopt, Dat was altijd voorhanden. Het touw werd om het papier gerold en daarna vastgezet met een knoop waarmee ook het vlees van een rollade werd opgebonden. Die is namelijk gemakkelijk te hanteren. Dat stuk papier werd meestal niet al te nauwkeurig op maat gesneden en was dus vaak te lang.
Slager Kwak uit Winterswijk maakte daar eens handig gebruik van. Hij had zich gesneden en net zijn ‘papieren verbandje’ vastgezet toen een, in zijn ogen veel te lastige klant, de slagerij binnen stapte. Een vrouw uit de straat waar hij een bloedhekel aan had, om maar eens in slagerstermen te blijven. Toen het vaste ritueel van drammen en klagen zich weer in gang zette nam slager Kwak zijn hakmes en hakte de voorste punt van zijn papieren verband eraf. Met veel misbaar, want toneelspelen kon hij wel, kreunde hij dat de klager de oorzaak was dat hij nu een stuk van zijn vinger kwijt was. Lang hoefde hij niet te kreunen. De buurvrouw verliet lijkbleek de winkel en kwam nooit meer terug. Hij heeft het vaak verteld.