Worstepinnetjes
Als er vroeger na de huisslacht worsten werden gemaakt dan moesten de darmen dichtgeknoopt worden. Dat deed men het liefste met worststouw. Maar dat was voor een keuterboer vaak veel te duur. Men gebruikte daarom 'worstepinnetjes'. Dat waren grote en harde naalden van de meidoorn of de sleedoorn. Deze takken werden in de winter in huisbgehaald en, zittende bij het warme vuur van de houtkachel, werde de naalden van de takken getrokken , schoon gemaakt en gedroogd. Dan hadden ze voorlopig weer een voorraadje.